‘Daar kwamen de vijftigers’ – Pieter Hemeryck

Ooh! Miamor!
dampende vleesputa van Egypte
of andere maansikkelende sahel
leg ik mijn hoekig hoofd
tegen je bergtepels
om ietsiepietsie lager aan de walletjes
mijn eeuwig vlammende fakkel
te laten doordringen
in je gloeiende, zompige binnenhuid,
baarmoederpoes genaamd,
roze van binnen
of grijs sulfaatvrij

Ooh! Miamor!
mamadre kreeg ik nooit over mijn lippen,
jouw lippen, schaamroze,
of gewoon schaamgrijze, sulfaatvrij
in ieder geval,
mijn purperroede pegel klopte gloeiend aan
tegen klitorisky klepel
keppeltje van je koortsig kloppend zweetveld,
lichaam genaamd

Ja! Miamor, het heeft geen naam,
gewoon heet drong mijn ruiter
door de steppe van je schaamveld
waar hete dauwtranen stonken
als de ongewassen baard van Raspoetin,
grijs en sulfaatvrij

Ooh! Miamor!
je bent nergens en overal,
ijzige rivier tussen je raspoetrienenbenendal,
hormonenvrijvlees ben je geworden
melkwitte duiven vliegen
in mijn rubberen mijter
je eet me als een giftige uitsmijter

de snaren van mijn gitaar zijn gesprongen
onder jouw barokke balkon
met de pompelmoezepoeze maan
waar wij onder staan
viva Lorca, viva Pessoa, viva Traklia, via alle andera

Ooh! Miamor!
hormonenvrij vlees van mij!
hormonen neuken! hormonen vrijen!
in de Andes, de Alpen en de Picos de Europa.

– Pieter Hemeryck